Angels Unawares
Geschreven door Susanne van der SluijsEen half jaar geleden, op 29 september 2019, wijdde Paus Franciscus dit indrukwekkende beeldhouwwerk getiteld Angels Unawares in op het plein van de St. Pieter in Rome. Een kleinere versie stond al in de St. Pieter zelf. Het beeld is geïnspireerd op een tekst uit Hebreeën 13:1,2 ‘Houd de onderlinge liefde in stand en houd de gastvrijheid in ere, want zo hebben sommigen zonder het te weten engelen ontvangen.’
Dit beeldhouwwerk symboliseert de eindeloze stoet migranten en vreemdelingen die op de vlucht zijn. In onzekerheid gaan ze op weg, kloppen ze op onze deuren en doen ze een beroep op onze gastvrijheid en erbarmen. Maar in hun zoektocht naar hernieuwde grip op het leven, staan ze niet alleen. Want te midden van alles klopt een Goddelijk hart, zijn er engelen die beschermen, die meelijden, die troosten en de weg wijzen. Krachtig wijzen de vleugels omhoog en maken zo verbinding tussen hemel en aarde. Als willen ze zeggen, je bent niet alleen, ik ga met je mee.
(Timothy Schmalz. bron: www.sculpturebytps.com)
Ook wij zijn sinds kort vluchtende, dwalende en onzekere mensen geworden. Ook wij kloppen op deuren van de medici en zorgpersoneel, op deuren van de wetenschap met de vraag of ze zo snel mogelijk een medicijn willen vinden. We kloppen op de deur bij God en doen een dringend beroep op zijn gastvrijheid en erbarmen. God kom ons te hulp, red ons uit deze benauwde situatie.
Er is de angst voor Corona, voor elkaar misschien moeten verliezen. We lopen met gepaste afstand langs elkaar en raken elkaar niet aan. We kijken uit naar betere tijden en vragen ons tegelijkertijd af of die betere tijden ooit zullen aanbreken.
Maar wat als God in ons midden blijkt te zijn? Zonder dat wij het beseffen. God met ons: Immanuel. Wat als te midden van ons nu eens engelen rondlopen? Engelen die ons dragen, die ons steunen, die door God gezonden zijn. Die zo dichtbij ons zijn dat ze ons aanraken – zij wel -, dat ze met ons op wandelen als we ons op straat begeven, dat ze onze huizen vervullen met hun aanwezigheid en zo onze eenzaamheid wegnemen. In de vorige pastorale brief hebben we het nog aangehaald: ‘Engelen zendt hij alle dagen, om jou tot vaste gids te zijn, zij zullen je op handen dragen, door een woestijn van hoop en pijn’. Dit mogen we elkaar toe bidden. Juist in deze benauwende tijden zijn er engelen om ons heen. Rechtstreeks door God gezonden vanuit de hemel. Maar ook dichterbij, aardser. Bijvoorbeeld als iemand op het juiste moment belt, als je een kaartje krijgt, of een Whatsappje, als iemand boodschappen voor je doet. Zo mogen we onze harten en deuren openen om engelen te ontvangen.
Ik wens iedereen toe zich gedragen te weten door God en zijn engelen.
Susanne van der Sluijs
Lied 259
Zend ons een engel met uw licht
in onze slaap, de metgezel
die troost brengt met het vergezicht
van God met ons, Emmanuel.
Zend ons in hem de zekerheid
dat U ons zelf bezoeken zult
en bij ons wonen in uw tijd,
en leer ons wachten met geduld.
Lied 528
God van God en licht van licht,
aller dingen hoeder,
heeft een menselijk gezicht,
aller mensen broeder.
Midden onder u staat Hij die gij niet kent.
Midden onder u staat Hij die gij niet kent.
Wees verheugd, van zorgen vrij:
God die wij aanbidden
is ons rakelings nabij,
wonend in ons midden.
Midden onder u staat Hij die gij niet kent.
Midden onder u staat Hij die gij niet kent.
Wil daarom elkander doen
alle goeds geduldig.
Wees elkaar om zijnentwil
niets dan liefde schuldig.
Midden onder u staat Hij die gij niet kent.
Midden onder u staat Hij die gij niet kent.